Chemische abortus via de “abortuspil”
Een chemische abortus kan worden uitgevoerd in de vroege stadia van de zwangerschap (meestal tot de 7e week na de bevruchting, hoewel de termijnen per land verschillen en sommige artsen ook off-label gebruik toepassen later in de zwangerschap). De moeder krijgt meestal twee pillen: mifepriston en misoprostol. Ze moet eerst de mifepriston innemen om het abortusproces te starten.A chemical abortion can be performed in the earlier stages of pregnancy (usually up to the 7th week after conception, though time frames vary in each country and some doctors also practice off-label-use later in the pregnancy). The mother is usually given two pills – mifepristone and misoprostol. She has to take the first one, mifepristone, to start the abortion process.
Mifepriston stopt de productie van het hormoon progesteron in haar lichaam, waardoor het lichaam denkt dat ze niet langer zwanger is. Hierdoor stopt het lichaam met het leveren van zuurstof en voeding aan de baby. De baby sterft door verstikking in de baarmoeder. De vrouw moet een periode van 48 tot 72 uur wachten, afhankelijk van het land waar ze woont, en kan dan de tweede pil, misoprostol, innemen. Dit veroorzaakt hevige bloedingen, waardoor het nu vermoedelijk dode embryo uit de baarmoeder wordt afgevoerd, samen met de placenta en eventueel ander zwangerschapsweefsel.
Soms krijgt de vrouw de tweede pil, misoprostol, direct, waardoor het abortusproces onmiddellijk begint met de bloedingen die het embryo uit de baarmoeder evacueren, terwijl de baby sterft.
Chirurgische abortus – Curettage & Vacuümaspiratie
Deze abortusprocedure wordt meestal uitgevoerd tot de 18e week na de bevruchting (termijnen verschillen opnieuw per land). De vrouw wordt onder plaatselijke of algehele verdoving gebracht. Vervolgens opent de abortusarts de vagina en de baarmoederhals zodat hij een zuigbuis in de baarmoeder kan brengen. Met een zuigapparaat wordt de baby uit de baarmoeder verwijderd. Omdat de botten van de baby al gevormd, maar nog zwak en fragiel zijn, is de kans groot dat het lichaam van de baby tijdens dit proces in stukken wordt gerukt. Daarna voert de abortusarts een curettage uit, waarbij de baarmoeder wordt geschraapt om eventuele achtergebleven lichaamsdelen of weefsel te verwijderen.
Late abortus
Als een abortus wordt uitgevoerd in de tweede helft van het tweede trimester of tijdens het derde trimester, wordt dit een late abortus genoemd. De moeder krijgt een weeënopwekkend middel (misoprostol, hetzelfde als bij een chemische abortus, maar in een hogere dosering). Omdat de baby nog niet volledig ontwikkeld is, gaat de abortusarts ervan uit dat de baby de stress van een vroeggeboorte niet zal overleven.
Als de baby echter al een kans heeft om de abortuspoging te overleven, wordt eerst kaliumchloride in het hart van de baby geïnjecteerd om de dood in de baarmoeder te verzekeren. Daarna krijgt de moeder hetzelfde middel om weeën op te wekken zodat zij het dode kind kan baren.